Liquidatiereserve en VVPRbis worden op elkaar afgestemd Delboo Advocaten

De liquidatiereserve en de VVPRbis zijn twee regelingen waarmee kleine vennootschappen uitkeringen aan hun aandeelhouders kunnen doen aan verlaagde tarieven roerende voorheffing. Beide regelingen zullen wat meer op elkaar worden afgestemd.

Huidige regelingen

Liquidatiereserve

Een kleine vennootschap kan, mits betaling van een afzonderlijke aanslag van 10% , haar winst na vennootschapsbelasting, geheel of gedeeltelijk, overboeken naar een afzonderlijke passiefrekening onder de beschikbare reserves, die niet tot grondslag mag dienen voor enige beloning of toekenning (de 'onaantastbaarheidsvoorwaarde').

Indien het aldus geboekte bedrag vóór de vereffening, maar binnen vijf jaar wordt uitgekeerd als dividend, is 20% roerende voorheffing verschuldigd (bovenop de reeds betaalde 10%). Wacht men ten minste vijf jaar, dan is er slechts 5% roerende voorheffing verschuldigd. Bij latere vereffening is op de uitkering van die liquidatiereserve geen roerende voorheffing meer verschuldigd.

VVPRbis

De VVPRbis-regeling houdt in dat een kleine vennootschap, voor zover aan een aantal voorwaarden is voldaan (het moeten o.a. nieuwe aandelen op naam betreffen die zijn uitgegeven bij oprichting of kapitaalverhoging ingevolge een inbreng in geld op of na 1 juli 2013), vanaf het derde boekjaar volgend op het boekjaar van de kapitaalinbreng bij oprichting of kapitaalverhoging dividenden kan uitkeren aan een tarief van 15% roerende voorheffing. 

Een uitkering in het belastbaar tijdperk van de inbreng en in het eerstvolgende belastbaar tijdperk is onderworpen aan een roerende voorheffing van 30%, bij uitkering uit de winstverdeling voor het tweede boekjaar na dat van de inbreng is het tarief 20%. Nadien bedraagt het tarief 15%.

Schematisch kunnen de bestaande regelingen als volgt worden samengevat: 

 Liquidatiereserve

Aanleg

10%

Uitkering: - 5 jaar 

               + 5 jaar

RV 20%

RV 5%

Liquidatie

RV 0%

VVPRbis

Dividend eerstvolgende boekjaar na inbreng

Dividend tweede boekjaar na inbreng

Dividend vanaf derde boekjaar na inbreng:

RV 30%

RV 20%

RV 15%

Wijzigingen

De regering wil beide regelingen meer op elkaar afstemmen. Op basis van hetgeen tot op heden bekend is uit het ontwerp van programmawet zullen de aanpassingen als volgt zijn.

Liquidatiereserve

Indien de liquidatiereserve ten laatste op 31 december 2025 is aangelegd, blijft het tarief van de roerende voorheffing bij uitkering 5% als men minstens vijf jaar wacht met de uitkering; bij eerdere uitkering is het tarief 6,5% indien een wachttermijn van (minimum) drie jaar wordt gerespecteerd. Bij een wachttermijn van minder dan drie jaar blijft het tarief 20%. 

Deze wijzigingen zullen van toepassing zijn op vanaf 1 juli 2025 toegekende of betaalbaar gestelde dividenden. Belastingplichtigen die vóór 1 januari 2026 liquidatiereserves hebben opgebouwd, kunnen dus kiezen voor een uitkering na drie jaar tegen een tarief van 6,5% in plaats van vijf jaar te moeten wachten om het tarief van 5% te genieten.

Indien de liquidatiereserve op een latere datum dan 31 december 2025 is aangelegd, geldt er een tarief van 6,5% als men minstens drie jaar wacht. Wacht men minder lang, dan is het tarief van 30% van toepassing. Een uitkering ten vroegste bij de vereffening blijft vrij van roerende voorheffing.

VVPRbis

Het verminderd tarief van 20% voor uitkeringen in het tweede boekjaar na de inbreng blijft in de nieuwe regeling slechts behouden als de inbreng ten laatste op 31 december 2025 is verricht. Is de inbreng later verricht, dan is bij uitkering ook in het tweede boekjaar na dat van de inbreng voortaan het gewone tarief (30%) van toepassing. Vanaf het derde boekjaar na dat van de inbreng blijft het tarief 15%.

Voor inbrengen vanaf 1 januari 2026 zal er ook voor het VVPRbis-stelsel nog slechts één verlaagd tarief bestaan: 15% vanaf het derde boekjaar na de inbreng.

Schematisch is de nieuwe voorgestelde regeling als volgt:

 Liquidatiereserve

aangelegd uiterlijk 31/12/2025

Aanleg

Uitkering: - 3 jaar 

                  + 3 jaar

                  + 5 jaar

 

10%

RV 20%

RV 6,5%

RV 5%

aangelegd na 31/12/2025

Aanleg

Uitkering: - 3 jaar 

                  + 3 jaar

 

10%

RV 30%

RV 6,5%

Liquidatie

RV 0%

VVPRbis

Inbreng verricht uiterlijk 31/12/2025

Dividend eerstvolgende boekjaar na inbreng

Dividend tweede boekjaar na inbreng

Dividend vanaf derde boekjaar na inbreng

 

RV 30%

RV 20%

RV 15%

Inbreng verricht na 31/12/2025

Dividend eerstvolgende boekjaar na inbreng

Dividend tweede boekjaar na inbreng

Dividend vanaf derde boekjaar na inbreng

 

RV 30%

RV 30%

RV 15%

 

Recente nieuwsitems