Vroegtijdige kapitaalvermindering bij familiale vennootschap: Vlabel teruggefloten

Het hof van beroep te Gent heeft zich in verschillende arresten uitgesproken over de berekeningswijze van de schenkbelasting bij een vroegtijdige kapitaalvermindering van een familiale vennootschap. Het hof beslist in deze arresten telkens in het voordeel van de belastingplichtigen dat de evenredige schenkbelasting dient te worden berekend op het bedrag van de kapitaalvermindering zelf.

Gunstregime en behoud van kapitaal

Het Vlaamse gunstregime voor de overdracht van familiale vennootschappen laat toe aandelen van een familiale vennootschap belastingvrij te schenken of te vererven tegen een verlaagd tarief (3% of 7% afhankelijk van de relatie met de erflater).

Om de vrijstelling of het verminderd tarief te kunnen handhaven, dienen na de schenking of overlijden nog bepaalde voorwaarden in acht te worden genomen (‘voorwaarden tot behoud’ of ‘continuïteitsvoorwaarden’). Eén van deze voorwaarden tot behoud is het behoud van kapitaal: het kapitaal of het eigen vermogen (bij een BV) mag niet dalen door uitkeringen of terugbetalingen gedurende drie jaar vanaf de datum van de authentieke akte van schenking of vanaf de datum van het overlijden van de erflater.

Indien het kapitaal toch zou dalen door uitkeringen of terugbetalingen, leidt dit niet tot het volledige verval van de vrijstelling of van de vermindering. De omzendbrief van de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) stelt immers dat in dit geval op het bedrag van het kapitaal of het eigen vermogen dat wordt uitgekeerd of terugbetaald, het normale tarief inzake schenk- of erfbelasting van toepassing zal zijn.

Problematiek berekeningswijze schenkbelasting

Er was discussie over de wijze waarop de aanvullende schenkbelasting werd berekend, aangezien Vlabel een andere berekeningswijze hanteerde dan wat werd vooropgesteld in de omzendbrief. Voor de belastingplichtige leidde dit tot rechtsonzekerheid en een aanzienlijk hogere schenkbelasting.

Volgens Vlabel wordt de belastbare grondslag van de schenkbelasting berekend door de verhouding van de kapitaalvermindering ten aanzien van het kapitaal procentueel toe te passen op de waarde van de schenking:

Berekeningswijze schenkbelasting = waarde schenking x (bedrag kapitaalvermindering / oorspronkelijke kapitaal) x 3%

De belastingplichtige stelde dat de belastbare basis van de schenkbelasting wordt berekend op het bedrag van de kapitaalvermindering zelf:

Berekeningswijze schenkbelasting = bedrag kapitaalvermindering x 3%

Verschillende belastingplichtigen maakten deze problematiek aanhangig bij de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, maar helaas nam deze rechtbank geen eenduidig standpunt in over de te hanteren berekeningswijze, wat leidde tot tegenstrijdige rechtspraak, die reeds in onze eerdere nieuwsbrief (lees hier) werd besproken.

Hof van beroep beslist in voordeel van belastingplichtige

Het hof van beroep te Gent heeft zich over voormelde problematiek recent in acht arresten uitgesproken en bevestigde het standpunt van de belastingplichtigen. De belastbare grondslag voor de aanvullende heffing van de schenkbelasting stemt overeen met het nominaal bedrag van het kapitaal of het eigen vermogen dat wordt uitgekeerd of terugbetaald.

Het hof stelt dat er moet worden nagegaan wat de bedoeling is van de decreetgever. Vlabel stelt immers in de omzendbrief en verschillende voorafgaande beslissingen dat een kapitaalvermindering niet het volledige verval van de vrijstelling tot gevolg heeft en dat voor het bedrag van het kapitaal dat wordt uitgekeerd of terugbetaald, het normale tarief inzake de schenkbelasting van toepassing zal zijn. De minister van Financiën stelde tevens in een verklaring dat het normaal tarief verschuldigd is op de bedragen bij een kapitaalvermindering. Het is dus duidelijk de bedoeling van de decreetgever om enkel het bedrag van de kapitaalvermindering te belasten.

Daarnaast leidt het hof hieruit af dat de decreetgever wel het behoud van de activa binnen de vennootschap wou aanmoedigen, maar zonder dat dit absoluut noodzakelijk is voor de continuïteit van de vennootschap. Het is in die optiek verdedigbaar dat men een gedeelte van het actief uit de vennootschap haalt, zonder de continuïteit in het gedrang te brengen. De vennootschap kon immers in casu na de kapitaalvermindering gewoon blijven bestaan en enkel het uithalen van het kapitaal is hierbij relevant om de schenkbelasting te berekenen. De berekening van de schenkbelasting moet aldus gebeuren in evenredigheid met die kapitaalvermindering.

Ten slotte oordeelt het hof dat de belastingplichtige terecht verwijst naar het vertrouwensbeginsel, aangezien de belastingplichtige ten tijde van de schenking er redelijkerwijze kon op vertrouwen dat de belastingheffing conform de interpretatie van de omzendbrief zou worden geheven.

Vlabel in het ongelijk

De bijkomende schenkbelasting bij vroegtijdige kapitaalvermindering zal bijgevolg verschuldigd zijn op het bedrag van de kapitaalvermindering zelf en er moet dus niet worden nagegaan hoeveel procent van het kapitaal wordt uitgekeerd, om dit percentage vervolgens toe te passen op de waarde van de schenking.

Het hof van beroep steunt de belastingplichtige in de gehanteerde berekeningswijze en stelt Vlabel in het ongelijk.

Momenteel valt af te wachten of Vlabel al dan niet cassatieberoep zal aantekenen.

Recente nieuwsitems